Eetproblemen bij kinderen en adolescenten

Plot

RECENSIE

Om te kunnen overleven is eten noodzakelijk maar toch verloopt de ontwikkeling van een gezond, regelmatig en gevarieerd eetpatroon niet altijd zonder problemen.

Eetproblemen kunnen zich al manifesteren op heel jonge leeftijd en zowel kleuters, lagere schoolkinderen, adolescenten als volwassenen kunnen ermee te maken krijgen. In dit boek wordt de focus gelegd op eetproblemen bij kinderen en adolescenten aangezien het onderzoek naar eetproblemen bij deze leeftijdsgroepen sterk geëvolueerd is tijdens het voorbije decennium.

Beide auteurs hebben een doctoraat behaald in het domein van eet- en gewichtsproblemen en zijn verbonden aan de Universiteit Gent als docent en gastdocent. Daarnaast werken ze als klinisch psychologe met de doelgroep. Op die manier zijn zij dus in staat om het meest recente wetenschappelijk onderzoek omtrent eetproblemen bij kinderen en adolescenten te vertalen naar de dagelijkse praktijk. Voor dit boek werkten ze ook samen met Eetexpert, het kenniscentrum voor eet- en gewichtsproblemen.

Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel biedt een theoretische context en er wordt ingegaan op de normale eetontwikkeling en de definitie, oorzaken en gevolgen van eetproblemen. Ook het belang van preventie en eetproblemen binnen de maatschappelijke context komen aan bod.

Het herkennen, begrijpen en behandelen van eetproblemen bij kleuters en lagere schoolkinderen (jonger dan tien jaar) wordt besproken in deel twee. In deze leeftijdsgroep wordt men vooral geconfronteerd met “moeilijke eters” (onder andere angst om nieuw of onbekend voedsel te proeven en selectief/restrictief eetgedrag). Kinderen moeten immers niet alleen leren om gevarieerd te eten, ze moeten ook de hoeveelheid voedsel leren reguleren en dat verloopt niet altijd even gemakkelijk. Ook in de interactie tussen het kind en zijn dichte verzorgers kunnen zich problemen voordoen. Eerst wordt er grondig ingegaan op de diagnostiek waarbij men zowel aandacht heeft voor medisch-biologische als psychologische factoren. Een multidisciplinaire aanpak is hierbij dus aanbevolen. Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de verschillende mogelijkheden die er zijn wat betreft de behandeling van eetproblemen bij kinderen (zowel ambulant als residentieel).

In deel drie gaat men dieper in op het herkennen, begrijpen en behandelen van eetproblemen bij adolescenten (ouder dan tien jaar). Algemeen kan men stellen dat de adolescentie een risicoperiode is voor het ontwikkelen van een eetstoornis en het is dus belangrijk om alert te zijn voor signalen (zowel thuis, op school als in de vrije tijd) die in deze richting wijzen. Een eetstoornis kan immers heel wat negatieve gevolgen hebben voor de jongere zelf (op lichamelijk en psychosociaal vlak) maar ze zorgt ook voor heel wat spanning en bezorgdheid bij de omgeving. Net als in deel twee wordt nadien een overzicht gegeven van de verschillende mogelijkheden qua diagnostiek en behandeling.

De auteurs van dit boek zijn er volgens mij in geslaagd een duidelijk overzicht te geven van de huidige stand van zaken in het onderzoek naar eetproblemen bij jongeren en adolescenten. De theoretische achtergrond verduidelijken ze aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden en dit is echt wel een meerwaarde. Het boek is dan ook een zeer goed naslagwerk voor iedereen die te maken krijgt met deze doelgroep, maar toch vooral voor professionals (zeker de hoofdstukken twee en drie).

Wat ik persoonlijk wel jammer vind is dat in het onderdeel rond preventieprogramma’s (zie pg 51) enkel Proud2Bme (www.proud2bem.nl) vermeld wordt als een tegenhanger van de “pro-anorexia” websites en niet ANBN (www.anbn.be).

Bespreking Fabienne